Voor een klimaatneutraal energiesysteem zijn in Nederland veel middelen nodig om de toevoer van stroom of warmte flexibel in te zetten, maar daarin investeren is vaak onaantrekkelijk. Subsidies of andere maatregelen zouden de ontwikkeling van deze systemen kunnen stimuleren en zo de energietransitie vooruit helpen, zo staat te lezen in een nieuw rapport van netbeheerders.
Door de overstap naar duurzame energiebronnen zoals windmolens of zonnepanelen is de vraag naar elektriciteit op piekmomenten vaak groter dan het aanbod, omdat het niet altijd even zonnig of winderig is. Volgens het rapport zal dit tekort op piekmomenten in 2050 nog veel groter worden. Tegelijkertijd zullen de overschotten aan energie op momenten zonder grote vraag naar stroom ook toenemen.
Grootschalige batterijen en opslagmethoden zoals waterstof of methaan zouden uitkomst moeten bieden, naast CO2-vrije elektriciteitscentrales die hun productie kunnen op- of afschalen. Maar volgens de netbeheerders bestaat het risico dat sommige van deze systemen slechts enkele dagen per jaar nodig zijn om vraag en aanbod in balans te brengen. Hierdoor is het onzeker of deze investeringen rendabel zullen zijn, wat investeerders terughoudend maakt.
Subsidies worden genoemd als een mogelijke oplossing om meer flexibiliteit in het energienetwerk te creëren. Echter, in het rapport wordt ook de vraag gesteld of deze extra investeringen opwegen tegen alternatieve oplossingen. Bijvoorbeeld, op piekmomenten kunnen afnemers tegen een vergoeding worden gevraagd om tijdelijk geen elektriciteit te verbruiken, of leveranciers kunnen tijdelijk stoppen met leveren bij te grote overschotten.