De thermostaat bedienen met je smartphone, de verwarming
alvast aanzetten voordat je thuis komt, deuren op slot doen vanuit je bed… Het
is allemaal mogelijk en zal steeds meer de norm worden. Het is belangrijk voor
de elektrotechneut om de veranderingen in de gaten te houden én zonnodig mee te veranderen. De digitalisering van woningen is al jaren aan de gang, maar ook in de openbare ruimte zullen we Internet of Things steeds meer tegenkomen.
De campus van Carnegie Mellon University wordt de
aankomende tijd uitgerust met de benodigde infrastructuur om een publieke
ruimte te creëren waar alle smartphones, tablets, andere apparaten en zelfs
gebouwen met elkaar in verbinding staan. Innovaties op het gebied van Internet
of Things worden op de universiteit dus meteen in de praktijk gebracht. Hoewel
de campus van Carnegie Mellon de plaats wordt waar de ideeën en innovaties realiteit
worden, doet de universiteit dit project niet alleen. Cornell, Stanford,
Illinois en Google werken ook aan het project. Google zorgde voor het benodigde
startbedrag van 500.000 dollar.
Samen werken de verschillende partijen aan een universeel
platform, genaamd GloTTO, dat het mogelijk moet maken om elk apparaat met elkaar
in verbinding te brengen. Huidige IoT-applicaties van verschillende
ontwikkelaars werken prima binnen hun eigen systeem, maar zijn vaak niet
compatibel met elkaar. GloTTO moet daar verandering in brengen.
“Het doel van het project is om de mens-tot-mens en
mens-tot-computer interactie radicaal te verhogen”, zegt Anind K. Dey,
hoofdonderzoeker van het project, op de website van de universiteit. “We gaan
dit doen door Internet of Things op grote schaal te integreren op de campus,
waarbij privacy en innovatie de belangrijkste speerpunten zijn.”
Privacy
Privacy is een belangrijk onderwerp als het aankomt op
Internet of Things. Interconnectiviteit tussen verschillende apparaten leidt
logischerwijs tot een grotere kans op inbreuk van privacy en veiligheid. Hier
moeten de benodigde maatregelen tegen genomen worden. Daarom wordt een nieuwe
technologie ontwikkeld, onder leiding van Norman Sadeh, professor in
computerwetenschappen. Sadeh: “We willen een virtuele, persoonlijke
privacy-assistent introduceren, die gebruikers helpt bij het instellen van
privacy-settings. Op die manier kan iedereen zich verzekeren van zijn/haar
privacy en veiligheid.”
Innovaties
Verschillende innoverende ideeën en mogelijkheden staan
al op de rol. Zo wordt er gewerkt aan gemakkelijk te producren en goedkope
sensoren, die gemakkelijk zijn in te zetten in publieke ruimtes. Op die manier wordt
het realiseren van `slimme omgevingen` mogelijk. De mogelijkheden van een
dergelijke omgeving zijn eindeloos. Zo hebben onderzoekers van Carnegie Mellon
de app Snap2It gecreëerd. Hiermee kun
je je smartphone aan een printer of projector linken, enkel door er een foto
van te nemen.
Of wat te denken van Impromptu,
een systeem waarmee je gedeelde apps kunt gebruiken zonder ze te installeren, toegankelijk
wanneer je ze nodig hebt. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een app voor openbaar
vervoer, waar je gebruik van kunt maken in de buurt van een bushalte of
treinstation.
Door een universeel en open IoT-platform te creeren,
hopen Google en de onderzoekers van de verschillende universiteiten de
ontwikkeling en toepassing van Internet of Things te versnellen.
