Netbeheerder TenneT heeft een raamovereenkomst getekend met een totaalwaarde van 1,9 miljard euro voor de levering van compensatiespoelen en vermogenstransformatoren aan Nederland en Duitsland. De deal is gesloten met vier leveranciers, die elk ongeveer een kwart gaan leveren. De spoelen en transformatoren zijn volgens TenneT nodig voor de optimalisatie en het onderhoud van het hoogspanningsnet.
De overeenkomst is getekend met Siemens Energy, Hitachi Energy, GE Grid en Royal Smit. Van het bedrag is 1,2 miljard euro bestemd voor het aanpassen van onderstations in Duitsland. De overige 730 miljoen gaat naar onderstations in Nederland. Volgens TenneT kunnen onderstations gezien worden als “op- en afritten van snelwegen”. Ze verbinden “de elektriciteitssnelwegen van TenneT met de middenspanningsnetten van de regionale netbeheerders”.
Het contract omvat de levering van 110 compensatiespoelen en 160 vermogenstransformatoren. De onderdelen worden niet alleen gebruikt voor onderhoudsprojecten, maar ook voor nieuwbouwprojecten. Daarbij gaat het om een investering van 1,16 miljard euro voor Duitse onderstations en 730 miljoen euro voor onderstations in Nederland. Elke leverancier heeft ongeveer een kwart van het totale volume toegewezen gekregen.
Om de elektriciteit geschikt te maken voor een lager spanningsniveau, zijn de transformatoren nodig. Dat werkt ook de andere kant op, bijvoorbeeld voor het transporteren van lokaal opgewekte groene stroom. De compensatiespoelen zorgen er op hun beurt voor dat de spanning behouden blijft voor transport van de elektriciteit over het hoogspanningsnet.
“Om de integratie van duurzame energie via het regionale elektriciteitsnet in het hoogspanningsnet mogelijk te maken, hebben we een groot aantal nieuwe, krachtige transformatoren nodig”, legt operationeel topman van TenneT, Tim Meyerjürgens, uit. “Met de ondertekening van het raamcontract vandaag zorgen we op een duurzame manier voor de bouw en modernisering van onze onderstations en stimuleren we de energietransitie in Duitsland en Nederland.”