De eisen aan de toegankelijkheid en afsluitbaarheid van de meterruimten zijn herzien. Bij de individuele meterruimte is de maximale afstand tot aan de voordeur verruimd van 3 meter naar 4,5 meter. Dit geeft meer vrijheid bij de indeling van de vloerplannen van, met name compacte, woningen. Deze wijziging is ook in NEN 7244-10:2021 verwerkt. Ook zijn eisen aan het gebruik van lege mantelbuizen verduidelijkt om te voorkomen dat lege sparingen aan netbeheerzijde door installateurs worden gebruikt. Hiermee wordt voorkomen dat installatieleidingen het netbeheerdersdeel van de meterruimte ongewenst doorkruisen.
Achtergrond
Het is ‘druk’ in en rond de meterkast. Duidelijke afspraken tussen alle betrokken partijen over de aanleg en inrichting van de meterruimte zijn daarom erg belangrijk. De NEN-commissie `Meterruimten` legt hierover afspraken vast. Veranderende bouwprocessen en de energietransitie zorgen ervoor dat de normcommissie veel verzoeken ontvangt voor aanpassing van NEN 2768. De veiligheid (bereikbaarheid, toegankelijkheid, minimaliseren van risico’s op brand en warmteontwikkeling) en leveringsbetrouwbaarheid van nutsvoorzieningen aan woningeigenaren zijn een belangrijk aandachtspunt voor de commissie.