Hoewel het om een kleine stijging gaat, is het volgens het CBS toch een aanzienlijk grotere groei dan in voorgaande jaren. Een kanttekening is wel dat er over het algemeen minder energie werd gebruikt in 2014. Daardoor is slechts 0,3 procent van de groei toe te schrijven aan een toename in het gebruik van hernieuwbare energie. De daling van energiegebruik in het algemeen had als hoofdreden de warme zomer; hierdoor werd minder aardgas gebruikt.
Hernieuwbare energie wordt hoofdzakelijk gebruikt voor warmte, elektriciteit en vervoer. Vorig jaar nam het gebruik van hernieuwbare energie voor warmte en vervoer toe, maar het verbruik voor elektriciteit bleef ongeveer gelijk. De helft van het verbruik van hernieuwbare energie was bestemd voor warmte, 40 procent voor elektriciteit en 10 procent voor vervoer.
Biomassa blijft de meest gebruikte techniek voor hernieuwbare warmte. Houtkachels zijn daar de hoofdreden van.
Werk aan de winkel
Nederland heeft als doel gesteld om 14 procent aan duurzame energie te hebben in 2020. Een stijging in het gebruik van hernieuwbare energie is daarin positief, maar verre van voldoende om deze doelstelling te halen. Als de stijging van 0,8 procent per jaar doorzet, zou de doelstelling pas in 2025 bereikt zijn. Eerder dit jaar kwam de Algemene Rekenkamer al naar buiten met een rapport dat stelde dat er miljarden extra nodig zijn om de doelstelling te halen, bijvoorbeeld voor een windmolenpark op zee of projecten in het buitenland.
Ten opzichte van andere landen binnen de EU, doet Nederland het ook niet best. Recent gepubliceerde cijfers van Eurostat wezen uit dat Nederland onderaan de lijst bungelde in 2012. Alleen Groot-Brittannië, Malta en Luxemburg deden het slechter. Zweden voert de lijst aan. Daar wordt 51 procent van de energie op duurzame wijze opgewekt.
Klik hier voor de volledige publicatie van het CBS.
