Als eerste gemeente heeft Amsterdam een concept energiestrategie gepresenteerd. De hoofdstad is onderdeel van de regio Noord-Holland Zuid – een van de dertig regio’s die in het kader van het Klimaatakkoord een regionale energiestrategie (RES) moeten opstellen. De mogelijke Amsterdamse bijdrage aan hernieuwbare opwek en warmtevoorziening is deze week gepubliceerd. Met omliggende gemeenten als Haarlem, Haarlemmermeer en Zaanstad moet nu een volledig RES worden opgesteld.
Aangezien het grootste deel van het grondgebied van de gemeente is volgebouwd, zijn de mogelijkheden in Amsterdam beperkt. Belangrijkste bijdrage aan duurzame energie-opwek is het vol leggen van grote daken met zonnepanelen. Zonne-energie moet groeien van ruwweg 50 MW vermogen nu naar 400 MW. De naar schatting meer dan 5 miljoen pv-panelen moeten vooral worden geplaatst op daken groter dan 285 vierkante meter. Slechts 60 procent van de grote daken in de stad zou nodig zijn om dit doel te bereiken.
Windturbines
Opvallendste verandering voor de inwoners betreft de toename van windturbines rondom de stad. Op dit moment staat al voor 66 megawatt aan molens binnen de gemeentegrenzen, in 2022 komt daar 11 megawatt bij van molens die al gepland zijn. Om de doelen voor 2030 te halen moet dan nog plaats worden gevonden voor 17 middelgrote molens. Dan zou er in totaal voor 127 megawatt aan molens moeten staan. Daarvoor heeft de stad ‘zoekgebieden’ aangewezen: vooral in bedrijvengebieden rond en boven het Noordzeekanaal en het IJ, en aan de randen van Amsterdam Zuidoost. Amsterdam grijpt de mogelijkheden aan die de verandering van het provinciebestuur vorig jaar biedt. Het vorige college hield de ontwikkeling van nieuwe windparken tegen, ook al wilden gemeenten als Amsterdam meer turbines plaatsen. De stad gaat uit van turbines met een vermogen van 3 MW, dus dat zou neerkomen op 17 extra windmolens. Gezien de noodzaak van met name draagvlak hiervoor noemt de stad dit al een ‘hoge’ ambitie.
Warmtevoorziening
Misschien nóg moeilijker wordt de warmtevoorziening. Amsterdam wil in 2040 aardgasvrij zijn. De oplossingen hiervoor zijn nog niet in zicht, zo blijkt uit het concept energiestrategie. De warmtevraag van de gebouwde omgeving is volgens de stad nu 6,9 TWh, maar kan door maatregelen als isolatie afnemen tot 6,1 TWh in 2030. Voor welk deel de stad zelf tegen die tijd op een duurzame manier kan zorgdragen als de stad van het gas afgaat, benoemt het concept niet. Het grote warmtenet draait nu op afval- en gasverbranding . Duurzame warmte moet in de toekomst komen van de verbranding van biomassa en mogelijk ook geothermie. Geothermie is een ‘majeure, schone en toekomstbestendige bron’, stelt het rapport. Warmte tot een temperatuur boven de 100 ⁰C zou zo kunnen worden gewonnen, maar de mogelijkheden zijn onzeker. Er is aanvullend onderzoek naar de diepe ondergrond nodig om de beschikbaarheid beter te duiden. Hetzelfde geldt voor de inzet van laagwaardige warmtebronnen zoals (restwarmte van) datacentra, afval- en oppervlaktewater.