Een laboratoriumgebouw ontworpen als kleine stad waardoor het een ontmoetingsplek vormt voor de campus. Een nieuw hoofdkantoor dat onder meer laboratoria en kantoorruimte huisvest. Verschillende onderzoeksruimten onder één dak die elkaar op geen enkele manier mogen verstoren. Deze nieuwbouw maakt het allemaal mogelijk.
DuPont Nutrition & Biosciences
Ook dit Europese hoofdkantoor heeft inmiddels een nieuwe vestiging gekregen op het Bio Science Park in Leiden en het heeft een BREEAM Excellent certificaat toegekend gekregen. Het gaat om een V-vormig utiliteitsgebouw, neergezet door Dura Vermeer Bouw Zuid West, met een oppervlak van 7.200 vierkante meter, waarvan één derde als kantoorruimte is ingericht en in de overige twee derde zijn laboratoriumruimten ondergebracht. In de vrije ruimte tussen de twee vleugels vind je een atrium dat als ontmoetingsplek fungeert en waar functies zoals receptie, keuken en restaurant zijn ondergebracht. Onder het gebouw bevindt zich dan nog een parkeergarage met negentig parkeerplekken.
De ruwbouw van het pand bestaat uit een prefab casco en er is een vrije overspanning van zestien meter aangebracht. Deze overspanning en de aansluitpunten tussen wand en vloer zijn zo ontworpen dat slechts een minimum aan hulpconstructies nodig was voor het geheel. Dit werkte kostenbesparend en zorgde daarnaast voor een vrij vloerveld, waardoor ook andere werkzaamheden direct konden worden uitgevoerd, wat weer een gunstige uitwerking had op de doorlooptijd van het project.
Biopartner 5
In Leiden bevindt zich een laboratorium genaamd Biopartner 5 en dat vaak als het eerste ‘Paris Proof’ gebouw van Nederland wordt gezien. Het is ontworpen door Popma ter Steege Architecten. Voor elk onderdeel van dit gelaagde gebouw is de best passende oplossing met de laagste milieulast gekozen, waardoor de CO2-uitstoot tijdens de bouw veertig procent lager lag en een MPG-score (Milieu Prestatie Gebouwen) van 0,57 is gehaald.
De naam van het lab verklapt dat dit alweer het vijfde gebouw is van incubator Biopartner. Als eerste pand verrezen in een nog kaal ogend nieuw gedeelte van het Bio Science Park, is het de bedoeling dat dit een ontmoetingsplek wordt voor de campus. Biopartner 5 kun je namelijk zien als een kleine stad. Met pleinen, tuinen, een kantine met zonterras, een vergaderpaviljoen en talloze ontmoetings- en werkruimtes. Via paden met hergebruikte bestrating kun je aan beide zijden het gebouw betreden, waar een centrale kas dienstdoet als ontvangsthal.
Er is een gevel bestaande uit lokaal gevonden baksteenpuin en inheemse beplanting. Een aardse plint met erboven een lichtgewicht houtskeletbouwgevel die een abstracte afwerking heeft gekregen van technisch textiel. Voor de draagconstructie is maar liefst 165.000 kilo aan staal herwonnen uit een nabijgelegen laboratorium. Naast staal en puin zijn ook glazen binnenwanden en sanitair herwonnen uit diverse slooppanden en die zo een tweede leven krijgen. Een in de directe omgeving gekapte populier vormt de entreebalie, terwijl de meubels in het gebouw uit herwonnen eikenhout bestaan. In het openbaar toegankelijke gedeelte is dan weer gebruikt meubilair geplaatst, zowel klassiekers van bekende ontwerpers, als antieke stukken.
ESP Lab
De indrukwekkende hoogspanningshal van de TU Delft is naar ontwerp van HP Architecten omgebouwd tot een ESP-lab, oftewel een Electrical Sustainable Power Laboratory. Het ESP-lab wordt gebruik als laboratorium en praktijkruimte voor onderzoek naar het energienet. Waar de 25 vaste medewerkers, 75 promovendi en postdocs en de 25 afstudeerders van de afdeling Electrical Sustainable Energy (ESE) eerst nog verspreid zaten in een heel ander gebouw, zijn zij nu allemaal verhuisd naar dit nieuwe WSP-lab. Dat biedt niet alleen betere samenwerkingsmogelijkheden, het zorgde meteen ook voor nieuwe uitdagingen.
Immers, elk laboratorium heeft specifieke eisen als het aankomt op verstoringen van buitenaf én veroorzaakt daarnaast zelf ook verstoringen voor de andere onderzoeken die er plaatsvinden. Om interne en externe verstoringen zoals elektromagnetische straling, geluid, trillingen en licht tegen te gaan, zijn daarom verschillende soorten afschermingslagen nodig. Deze lagen zijn vervolgens zo ontworpen dat je deze als een soort ringen van een ui kunt zien. Waardoor elke gebruikersruimte precies de lagen kan krijgen die het echt nodig heeft.
Het is een heel bijzonder lab geworden, want nergens in de wereld bestaat deze combinatie van testruimtes in één hal. Een voorbeeld is een impulsgenerator die met anderhalf miljoen volt blikseminslagen simuleert. Deze bevindt zich op nog geen vijf meter afstand van een zeer gevoelige supercomputer die gewoon door moet blijven draaien terwijl er getest wordt.