Nederland heeft in 2023 minstens 25 miljard euro geïnvesteerd in de verduurzaming van de energiehuishouding. Dat blijkt uit de Investeringsmonitor Energietransitie 2023 van SEO Economisch Onderzoek, in opdracht van de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie (NVDE), Invest-NL, Rabobank, Alliander en Gasunie. Hoewel deze investeringen in lijn lijken te liggen met wat nu nodig is om de energiedoelstellingen te behalen, benadrukt het rapport dat het nog onzeker is of deze investeringen voldoende zijn en of ze op de juiste plek terechtkomen.
NVDE-voorzitter Olof van der Gaag: “De sector duurzame energie heeft inmiddels een stevige economische betekenis; meer dan tien procent van onze nationale investeringen gaat erheen. Juist daarom is het cruciaal om een beter beeld te krijgen van de benodigde investeringen richting een klimaatneutraal Nederland in 2050.”
Er wordt flink gewerkt aan de verduurzaming van onze energiehuishouding. Aan wind- en zonne-energie, schonere bedrijven en zuiniger woningen, en onze energie-infrastructuur. Dat vergt flinke investeringen. Zo reduceren we CO2-emissies en wordt onze economie minder afhankelijk van geïmporteerde energie. Maar doen we genoeg om onze doelen voor de lange termijn te halen en wordt er in de juiste sectoren en technieken geïnvesteerd? Om die vraag te beantwoorden heeft SEO Economisch Onderzoek geïnventariseerd hoeveel investeringen er in 2023 zijn gedaan in de energietransitie. En gekeken in hoeverre dat voldoende is om een klimaatneutraal energiesysteem in 2050 te bereiken.
Nederland investeert stevig
Uit het onderzoek blijkt dat er in 2023 minimaal 25 miljard euro aan investeringen is gedaan in verduurzaming. Bedrijven nemen met 14 miljard het merendeel voor hun rekening, gevolgd door netbeheerders (7 miljard) en huishoudens (4 miljard). Dit cijfer is ruwweg in lijn met de huidige indicaties van de investeringen die tot 2025 jaarlijks nodig zijn om onze energie- en klimaatdoelen voor de lange termijn in beeld te houden.
Onduidelijk
Tegelijk laat de studie zien dat de cijfers nog erg onzeker zijn en de methode verder verbeterd dient te worden. SEO heeft zich nu vooral gebaseerd op subsidie- en fiscale regelingen en die vertaald naar de onderliggende investeringen. Maar dit beeld is niet volledig. Bovendien wordt zo’n methode steeds minder dekkend wanneer duurzame investeringen ook zónder subsidie rendabel worden, bijvoorbeeld door het afbouwen van fossiele subsidies die nu nog voor oneerlijke concurrentie zorgen. Ook is het belangrijk om beter inzicht te krijgen of we wel investeren in de juiste sectoren en technieken. Hoewel er veel wordt geïnvesteerd in hernieuwbare elektriciteit, roept het rapport bijvoorbeeld de vraag op of er wel genoeg aandacht is voor andere cruciale ontwikkelingen, zoals de transitie van aardgas naar duurzame warmte. Tot slot is het onduidelijk of de huidige schattingen van de investeringsopgave volledig zijn.
Betere monitor in 2024
De opdrachtgevers concluderen dat de sector duurzame energie inmiddels een stevige economische betekenis heeft. Daarom is een betrouwbaarder en meer gedetailleerde monitoring van de investeringsstromen belangrijk voor het lange-termijn succes van de energietransitie. Van der Gaag: “De makkelijke fase van de energietransitie is voorbij, met verduurzaming in de marges van ons energiesysteem. De komende jaren moeten we werken aan een ingrijpende systeemverandering, in de productie van energie, de infrastructuur en bij de energiegebruikers. De investeringen zullen daarom structureel omhoog moeten én op de juiste plekken moeten worden gedaan.”