In 2020 daalde de nieuwbouwproductie nog van 70.700 naar 69.300 woningen. Deze afname kwam vooral door uitstel en afstel van projecten die laat in het proces niet aan de stikstof- en/of PFAS-eisen bleken te voldoen of op verkeerde gronde een milieuvergunning hadden gekregen. Nadat de belangrijkste hobbels in de vergunningverlening waren verholpen, is de vergunningverlening in november 2019 met meer dan een kwart gegroeid, tot ruim 74.000 stuks. Dat biedt een solide voedingsboden om de nieuwbouw de komende jaren verder te laten groeien. BouwKennis gaat ervan uit dat er in 2021 circa 71.500 woningen zullen worden opgeleverd, dit zal in 2022 toenemen tot 74.000 stuks.
Projectontwikkelaars
De groei van de woningnieuwbouw wordt voornamelijk gerealiseerd door bouwers voor de markt, corporaties doen in 2022 een pas op de plaats. Momenteel zwakt hier de vergunningverlening af, wat mogelijk mede-veroorzaakt wordt door de trage kabinetsformatie. De impact van Rijksbeleid op de corporatiesector is groot, het lijkt erop dat veel corporaties ervoor kiezen de nieuwe beleidslijnen af te wachten in plaats van projecten in uitvoering te nemen. De bouw door particulieren zelf (eigenbouw) stabiliseert de komende jaren.
Appartementenbouw
Het aandeel meergezinswoningen in de woningbouw heeft de afgelopen jaren een prominente plek ingenomen. Het ontwikkelen van appartementen is populair, vooral ingegeven door het overheidsbeleid dat gericht is op binnenstedelijke bouw. Het aantal hoogbouwplannen in de grotere gemeenten is de afgelopen jaren flink gegroeid. De appartemententrend sijpelt ook door naar middelgrote steden. Daardoor zal het aandeel van meergezinswoningen in de woningbouw in de komende jaren volgens BouwKennis rond of iets boven de de 40% uit gaan komen.