De onderzoekers wijten het huidige tekort aan betaalbare starterswoningen aan onvoldoende integrale benadering van het ontwikkel-, ontwerp- en bouwproces. Kennis, kunde en belangen van gemeentes, ontwikkelaars en bouwers komen vaak onvoldoende samen. Hierdoor nemen de risico`s en kosten toe en wordt de nieuwbouw van starterswoningen veelal onhaalbaar. Om starterswoningen met een vrij op naam-prijs van 150.000 tot 200.000 euro mogelijk te maken zijn drie zaken van belang:
- Reductie van bouwkosten en bijkomende kosten door conceptmatige ontwikkeling en realisatie;
- Kavels van beperkte omvang aanbieden (+/- 80 tot 90 m2) om de grondkosten te drukken;
- Sociaal prijsbeleid van gemeenten voor gronduitgifte van sociale koopwoningen.
Volgens de onderzoekers kan hierdoor een energieneutrale nieuwbouwwoning (tussenwoning) van circa 70 m2 in Molenlanden (Zuid-Holland) worden aangeboden voor een vrij op naam-prijs van 184.500 euro. In Smallingerland (Friesland) betaalt de starter 161.500 euro voor dezelfde woning. Ter vergelijk: de gemiddelde koopprijs van bestaande woningen van vergelijkbare grootte ligt in de regio Smallingerland op 172.000,- euro en in de regio Molenlanden op 195.000,- euro. Dit is het gevolg van de grote vraag naar starterswoningen en het geringe aanbod.
Oplossing voor maatschappelijk probleem
Peter van der Laan van Rabobank ziet de uitkomsten van het onderzoek als stimulans om meer betaalbare starterswoningen te bouwen. Hij beschouwt het huidige tekort als een maatschappelijk probleem waar snel een oplossing voor moet komen. Het beeld van de grootste hypotheekverstrekker van Nederland sluit aan bij eerdere onderzoeken naar de mentale impact onder jongeren als gevolg van het woningtekort. Uit een recent gehouden enquête in opdracht van Vereniging Eigen Huis bleek dat 83 procent van de starters tegenslagen ondervindt bij de zoektocht naar een woning. Dit leidt geregeld tot gevoelens van onzekerheid, frustratie en machteloosheid. Dit komt overeen met de bevindingen van het Centraal Planbureau uit het woonbeleidrapport van juni 2020.
Haalbaar en betaalbaar houden
Om de woningen ook in de toekomst beschikbaar te houden voor starters waarschuwt Arco Bikker, wethouder van de gemeente Molenlanden, ervoor om niet dezelfde fout te maken als bij de Premie-A woningen uit de jaren `60, `70 en `80. Die woningen zijn oorspronkelijk ook gebouwd voor starters, maar zijn te groot en daardoor te duur voor veel van de huidige starters. De oorspronkelijke bewoners zitten er na 30 jaar nog en doorstroom is er nauwelijks. Om te zorgen voor natuurlijke doorstroom pleit Bikker voor het opnemen van om een maximale bebouwingsgraad of maximum oppervlakte voor starterswoningen in het bestemmingsplan.