Met de digitale servomotor NovoCon die Danfoss op de markt heeft gebracht, is het volgens de leverancier ineens een stuk eenvoudiger.
De digitale servomotor maakt een GBS-koppeling via een veldbus mogelijk, waardoor informatie van elke afzonderlijke servomotor kan worden verzameld. De motor verstuurt data over mogelijke problemen die kunnen ontstaan waarna de installateur meteen kan ingrijpen. Zo wordt voorkomen dat installaties lange tijd in onbalans zijn, dus energie onnodig verloren gaat of dat de klimaatklachten ontstaan of verergeren. De digitale servomotor maakt het daarmee tevens mogelijk om preventief onderhoud te plannen op die momenten dat gebruikers in het gebouw er weinig hinder van ondervinden.
Proactief onderhoud
“En dat kan bijzonder handig zijn bij bijvoorbeeld klimaatplafonds”, zegt Marko Munnik van Danfoss: “Voorheen kon je niet zien of het plafond wel of niet werkte. Je wist pas dat er een probleem was als medewerkers op kantoor klachten hadden over de temperatuur. Maar nu geeft de motor al feedback als iets niet goed gaat. Bijvoorbeeld bij een blokkade in het systeem of als een onderdeel is uitgevallen. De digitale servomotor verstuurt steeds de gegevens over de exacte locatie van potentiële probleemgebieden. De nodige maatregelen kunnen dan vaak al vanachter een computer worden getroffen. Er kan zelfs een monteur naar toe voordat er klachten zijn. En die monteur hoeft niet naar de oorzaak te gaan zoeken, want hij weet immers waar het probleem zit. Hij weet welk gereedschap hij moet meenemen.”
Proactieve werking
Ook verstuurt de NovoCon S data over zijn eigen levensduurverwachting. Daarmee is het niet nodig om met vervanging te wachten tot de motor is uitgevallen. De motor geeft aan hoe lang hij nog mee kan zodat de installateur zelf het vervangingsmoment kan plannen. Zo wordt het onderhoud proactief in plaats van correctief. Dat is veel efficiënter. Soms zal er niet eens een monteur op pad hoeven omdat veel handelingen op afstand zijn te verrichten. Omdat de servomotor de data logt zijn alle gegevens te analyseren. De beheerder krijgt informatie per verdieping, over tijd of voorspellingen van het gebruik van de verschillende ruimten en veranderingen in het energieverbruik. Zo kan onder meer worden beoordeeld of het verbruik in het gebouw of gebouwdelen meer of juist minder is dan in het ontwerp was gepland. Munnik: “Vroeger zag je dat pas aan de eindafrekening van het energieverbruik. Nu kun je veel eerder signaleren als iets niet goed gaat en waar dat aan ligt. Je kunt eerder ingrijpen. Dat betekent niet alleen een besparing op energiekosten, maar ook meer comfort voor gebruikers.”
‘Stap vooruit’
Munnik noemt de servomotor een stap vooruit in de klimaatbeheersing van een gebouw. “Je kunt via het gebouwbeheersysteem precies de gewenste flow instellen wat leidt tot een optimale ruimtetemperatuur en als de functie van een ruimte verandert kan die op afstand via het gebouwbeheersysteem worden aangepast.”